INfrastructure interdependencies in Sustainable and inclusivE CiTies
Samenvatting project
Steden staan voor de uitdaging om een transitie door te maken naar een meer duurzame en klimaatbestendige woon- en werkomgeving. Een overgang waarbij de verschillende transities op de terreinen van energie, klimaat, waterkwaliteit, mobiliteit en circulariteit gekoppeld moeten worden. Dergelijke overgangen zijn sterk afhankelijk van de gekozen infrastructuur, die wordt gekenmerkt door pad afhankelijkheden: vandaag genomen beslissingen over infrastructuur beïnvloedden de beslissingen van morgen (Cass et al., 2018). Hoewel de urgentie van een duurzaamheidstransitie door velen gedeeld wordt, is er geen consensus over welk pad te volgen om een dergelijke structurele verandering te bereiken.
Voor bijvoorbeeld de energietransitie worden veel oplossingen overwogen, waaronder biomassa, stadsverwarming, zonne-energie, “nieuwe sanitatie” (gescheiden en decentraal verwerken van afvalwaterstromen, meestal direct bij de bron), aardwarmte en waterstof. Voor water in de stad kennen we oplossingen als water op dak, gevel en of perceel vasthouden/vertraagde afvoer, wadi’s en infiltrerende verhardingen, waterbergende weg en kelders, open water, verschillende rioolsystemen, etc.
Verschillende oplossingen vereisen hun eigen infrastructuur maar ook andere betrokken partijen, financieringsstromen en overleg- en beslissingsstructuren.
De Omgevingwet en Structuurvisie ondergrond hebben hun invloed op thema’s als bodem en ondergrond die gerelateerd moeten worden aan de maatschappelijke opgaven mbt bodem energie, klimaatadaptatie, drinkwatervoorziening, bodemdaling, kabels en leidingen. Dit impliceert dat keuzen voor een of een andere infrastructuur m.b.t. bijvoorbeeld water of energie goed afgewogen moet worden (inzicht in de onderlinge relaties).
Investeren in een infrastructuur heeft gevolgen voor de andere infrastructuren maar ook op andere maatschappelijke opgaven en deze gevolgen kunnen negatief of positief zijn. Sommige infrastructuren hebben een positieve (symbiotische) wisselwerking, sommige negatief (competitie) en sommige gemengd (roofdier-prooi: Grübler et al., 1999; Magnusson en Berggren, 2018; Pistorius en Utterback, 1997; Sandén en Hillman, 2011).
Inzicht in het totale systeem van de duurzame klimaatbestendige stad, de afhankelijkheden en de gevolgen van (politieke en bestuurlijke) keuzen zijn daarbij onmiskenbaar noodzakelijk om het vertrouwen en de samenwerking tussen heel verschillende partijen en organisaties met verschillende (deel)belangen en ieder hun eigen financieringsstructuren te kunnen organiseren.
Dit als basis voor een meer risicogestuurde afweging (Assetmanagement op Life-Cycle Costing ) voor de verschillende netwerken binnen een stad (kabels, leidingen en riolering) om de functies in een stad te kunnen garanderen (riool van de toekomst).
NG-Infra wil met haar partners (o.m. Alliander, Vitens, RWS, ProRail) in samenwerking met de Radboud Universiteit en TU-Delft een geïntegreerd perspectief ontwikkelen op een veerkrachtige stedelijke infrastructuur om te kunnen komen tot meer geïntegreerde beslissingen in de context van noodzakelijke duurzaamheidstransities naar duurzame, klimaatbestendige steden.
Doel van het project
Dit onderzoek heeft tot doel die ontwikkeling van meer geïntegreerde beslissingen in de context van duurzaamheidstransities te ondersteunen door de onderlinge afhankelijkheden tussen de volgende generatie stadsinfrastructuren te bestuderen. Op dit moment erkennen duurzaamheidstransitieonderzoeken de belangrijke rol (mogelijk maken en beperken) van infrastructuur maar deze onderzoeken vinden geïsoleerd plaats (Cass et al. 2018). Dit onderzoek zal bijdragen aan de duurzaamheidstransitieliteratuur door het inzicht in de onderling afhankelijke karakter van die infrastructuren te vergroten. Daarnaast de bij het onderzoek betrokken cases met de nieuwe inzichten te ondersteunen.
Motivatie
Momenteel worden vele mogelijke oplossingen overwogen rond de verschillende infrastructurele transities van uit onder meer de klimaat en energie agenda. Vanwege de pad afhankelijkheden in de besluitvorming rond de verschillende typen infrastructuren is er grote behoefte aan een geïntegreerd perspectief op veerkrachtige stedelijke infrastructuur. Dit leidt tot vragen als: Hoe kom je tot een gezamenlijke ambitie? Hoe ziet die klimaatbestendige duurzame stedelijke omgeving eruit en kan hij zich blijven vernieuwen? Wat kan elke betrokken partij bijdragen en hoe worden kosten en baten verdeeld (samenwerkingsmodellen)?
Uitgevoerde acties
Studie 1: Analyse van ontwikkelingen in transities naar duurzame en inclusieve stedenStudie 2: Een analyse van de onderlinge afhankelijkheden van infrastructuren bij transities naar duurzame en inclusieve stedenStudie 3: Documentatie van een meer geïntegreerde benadering van maatschappelijke kosten en baten van de volgende generatie infrastructuren voor veerkrachtige buurten
Innovativiteit
Het voorgestelde onderzoek is zowel theoretisch als methodologisch innovatief. De theoretische nieuwheid bestaat uit het focussen op de onderlinge afhankelijkheden tussen bestaande en volgende generatie stedelijke infrastructuren die voortbouwt op de duurzaamheidstransitieliteratuur en die uitbreidt die tot nu toe geïsoleerde infrastructuren bestudeert (Cass et al. 2018). Door ons te concentreren op de onderlinge afhankelijkheden tussen infrastructuren produceert ons onderzoek kennis over zowel positieve als negatieve overloopeffecten van investeringen in verschillende volgende generatie infrastructuren die anders over het hoofd zouden worden gezien. De methodologische vernieuwing bestaat uit het toepassen van participatieve modellering die is geïdentificeerd als de weg vooruit in de literatuur over duurzaamheidstransformatie (Holtz et al. 2015) maar die tot nu toe nauwelijks is toegepast in het domein van duurzame stedelijke transities. Met participatieve modellering kunnen we domeinspecifieke kennis van verschillende infrastructuurspecialisten opnemen en synthetiseren. Door de verschillende expertisedomeinen constructief te confronteren (Rouwette et al. 2016) faciliteren we het creëren van nieuwe inzichten die niet vanuit één domein kunnen worden verkregen.
Valorisatie
Wetenschappelijk rapport/artikel Populair artikel: Onderzoekers Vakmensen; Radboud i.s.m. TU Delft NG Infra
In samenspraak met bij de case(s) betrokken organisaties wordt de behoefte en vorm van de instrumenten bepaald
Spel (deelproject 2) Tool (deelproject 3): Vakmensen/de praktijk; Radboud, NG Infra
Intellectueel eigendom
Afhankelijk van de gekozen vorm opname op website van onder meer NG Infra of te bestellen/op te vragen bij NG Infra
Informatievoorziening project
Afhankelijk van de gekozen vorm opname op website van onder meer NG Infra of te bestellen/op te vragen bij NG Infra
Projectvoorwaarden
Het is voor partijen mogelijk toe te treden tot het consortium waarbij onderzoekspartijen een duidelijke toegevoegde waarde dienen te hebben overheden en marktpartijen dienen duidelijk inhoudelijk belang te hebben willen zij toetreden tot het consortium.