Onvoldoende institutionele bewegingsruimte ontstaat wanneer er geen juridische zekerheden zijn voor het loslaten van bestaande werkwijzen, ten gunste van nieuwe toepassingen. In hoeverre voelen partijen uit de driehoek zich gesteund om van de bestaande uitvoeringspraktijk af te wijken? Hoe worden de risico”s van de nieuwe toepassingen afgedekt? Dit heeft uiteraard veel te maken met de wet- en regelgeving en de culturele verhoudingen in een bepaalde sector, zie belemmering wet-en regelgeving. In een experimenteerruimte zoeken partijen naar gezamenlijke meerwaarde en kansen, waarbij men langs de grenzen van wet- en regelgeving scheert.