Omschrijving
De kennis die de experts aanleverden conflicteerde op wezenlijke punten met de kennis aanwezig bij partijen en personen in lokale arena’s. Met name bij de voorbereiding van het experiment in Hindeloopen kwam dit naar voren. Gebrek aan vertrouwen in de expertkennis leidde tot gebrekkige legitimiteit van het initiatief.
Interventie
De waargenomen lokale weerstand tegen een experimentele zandsuppletie in het systeem gaf aanleiding tot de organisatie van gezamenlijk workshops. Vanuit een ‘wij gaan met jullie aan de slag’ houding ‘maar onbepaald en open is de vraag waar we gezamenlijk uitkomen’ is kennis uit wetenschappelijke bronnen en modellen geconfronteerd met kennis van lokale professionals en leken. Daartoe zijn enkele bijeenkomsten georganiseerd die elk enkele uren geduurd hebben.
Leereffect
Het experiment is herijkt op basis van een traject van kennisconstructie. Bijvoorbeeld kennis omtrent de dominante windrichting (ZW volgens wetenschappelijke bronnen, NW volgens een lokale kite-surfinstructeur) en morfologische en ecologische eigenschappen (erosiekust en blauwalg) werden samengebracht. Uiteindelijk heeft dit geleid tot het afzien van het suppletie experiment op deze plaats op dat moment. Het traject van kennisconstructie wordt voortgezet voor het lokale systeem in een geografisch ruimere context. Het effect is dus ook dat de belemmering door het gebrek aan vertrouwen hanteerbaar is gemaakt.
Omschrijving
De onzekerheid over geschikte locaties, vorm en omvang van de experimentele suppleties was aanzienlijk. Niet enkel ten aanzien van het fysieke systeem, ook ten aanzien van de ambities en agenda’s van het sociale systeem en dus wat betreft een mogelijk draagvlak voor of juist verzet tegen experimenten.
Interventie
Er is een randvoorwaarden studie uitgevoerd om hydrologische, morfologische, ecologische en governance kennis samen te brengen en te integreren. Daarbij zijn ook de belangrijkste overheden en stakeholders betrokken. Communicatie en uitwisseling met hen was daarbij zeker niet ondergeschikt aan de technische systeemanalyse.
Leereffect
Het uitvoeren van een analyse die naast het fysieke systeem (ecologie, morfologie en hydrologie) ook het sociale systeem meeneemt biedt meerwaarde. Op deze wijze konden agenda’s en belangen goed worden vertaald in functionele eisen en nam het inlevingsvermogen toe. Uit het sociale systeem kwam de wens om de potentie van suppleties voor natuurontwikkeling, recreatie en kustveiligheid te onderzoeken. Zo werd het leren over het systeem als punt op de horizon omgezet in een meer concrete agenda.
Omschrijving
De beschikbare kennis over met name de optimale ontwerpparameters voor oesterriffen was beperkt. Voorafgaande proeven met riffen van losse schelpen en bio-blokken hadden niet de gewenste effecten opgeleverd. Met name de stabiliteit liet te wensen over. Ook het zicht op de kosten voor aanleg was beperkt. Dat is lastig als het budget beperkt is. De te overwinnen belemmering lag in de omgang met deze onzekerheden.
Interventie
Er is gekozen om een traject met kleine proeven van enkele vierkante meters in 2009 en pas daarna drie grote riffen te ontwerpen en te realiseren, in 2010. Zo werden de risico’s beperkt en werd meer zicht verkregen op hoe het rif aan te leggen, de aanpak kan als ‘learning by doing’ worden gekarakteriseerd. De meest kansrijke uitvoeringstechniek is vervolgens toegepast. Ook werd verkend wat een vierkante meter kost. Nadeel van deze getrapte aanpak is wel een kortere beschikbare periode voor monitoring binnen het voorziene tijdspad van het project.
Leereffect
Van klein naar groot experimenteren, learning by doing, kan helpen om onzekerheden te hanteren en budget te ontzien. Een klein experimenteel rifje van enige vierkante meters bleek een stabiel substraat te bieden voor oesterlarven om zich te hechten en tegelijkertijd sedimentatie te bevorderen in de luwte van het rif, dat gaf vertrouwen. Het is wel nodig om met een experiment van voldoende omvang te eindigen om beter zicht op effecten en valorisatie te verkrijgen. Er ontstond ook meer zicht op de kosten van aanleg zodat de experimentele grotere riffen zo groot mogelijk gedimensioneerd konden worden, gezien het budget.
Omschrijving
Door TTT zijn nog slechts een beperkt aantal op IP gebaseerde systemen in de markt uitgezet. Het blijkt erg lastig, om vanuit bestaande, op conventionele technologie gebaseerde, besteksinformatie te komen tot een hoogwaardiger, veelzijdiger of uitgebreider product, tenzij de kostprijs minimaal gelijk of lager is dan het conventionele alternatief. De bestekseisen wijzigen in veel gevallen slechts langzaam, en ook als de eindklant positief is over innovatieve technologie, blijkt de letter van de bestekstekst alsmede het gegeven budget vaak leidend. De terugverdieneffecten van deze nieuwe technologie zijn niet altijd direct en expliciet zichtbaar, waardoor een drempel bestaat om te investeren. Ook liggen de terugverdienmogelijkheden vooral bij de systeemgebruiker en niet bij de kopende klant.
Een tijdelijke functie heeft ook tijdelijk behoefte aan drinkwater, energie en afvalverwerking. Veelal is het in afgelegen gebieden erg kostbaar om op de openbare nutsvoorziening aan te sluiten. Een tijdelijke, autarkische nutsvoorziening is daar een optie. TAB heeft hiermee ervaring opgedaan aan de hand van de pilot Floating Life. Floating Life is een tijdelijke expositie van een drijvende stad, in de afgelegen Pampushaven van Almere. Hoe maken zij een tijdelijke nutsvoorziening rendabel? Het blijkt lastig om een combinatie van tijdelijk en autarkisch te realiseren. Conceptueel kan het wel, maar er is weinig praktijkervaring.
Samen met ondernemers en kennisleveranciers zijn de technische mogelijkheden en business cases uitgewerkt voor realisatie van tijdelijke nutsvoorzieningen
Aanleg van tijdelijke nutsvoorzieningen is technisch en financieel haalbaar. De inzichten en ervaringen zijn uitgewerkt in de brochure.
Functioneel specificeren is lastig. Het bedrijfsleven krijgt minder ontwerpvrijheid dan ze zouden kunnen krijgen. Hierdoor lijkt de oplossingsruimte kleiner dan ze vaak is, waardoor innovatieve oplossingen niet boven komen drijven. Daarnaast is het lastig om prestatie-indicatoren te ontwikkelen voor toepassingen die nog niet bestaan. Het is nog onbekend hoe de innovatie zal werken en hoe de omgeving daarop zal reageren.
Een suggestie is om gezamenlijk het gesprek aan te gaan over functionele eisen en proberen tot een gezamenlijk ontwerp te komen. Dit vraagt om andere competenties bij alle partijen, aangezien er een gesprek over functionele eisen gevoerd moet worden in plaats van technische eisen. De gevraagde competentie gaat in op een combinatie van abstract denken-inhoudelijke kennis en systems engineering kennis.