Omschrijving

Voor experimenteren in de fysieke leefomgeving is essentieel dat de effecten kunnen worden vastgesteld. Het gaat bij de ecologische zandwinput om rekolonisatie en biodiversiteit.  Dat vraagt erom dat de locatie langere tijd onaangeroerd blijft. In de zandwinput van de Tweede Maasvlakte waarin het experiment is ingevlochten zoemt het echter van de activiteiten. Vanwege de economische crisis lagen er zeker 10 zandhoppers. Ook activiteiten rondom een snelle aanleg van de tweede Maasvlakte was aan de orde en zette het experiment en met name de monitoring onder druk. Een experiment dat verstoord wordt is zonder waarde, het vinden van de geschikte locaties was niet eenvoudig.

Interventie

Met het havenbedrijf en de aannemer is gezocht naar locaties die gedurende de noodzakelijke periode voor monitoring van de effecten met rust gelaten konden worden. Acceptatie door het bevoegd gezag is versneld door in een workshop te benoemen en te beargumenteren dat de optredende effecten, op basis van wat bekend is over effecten van natuurlijk voorkomende zandgolven, creatie van ecologisch meerwaarde tot gevolg zou hebben. Dat was voor het bevoegd gezag voldoende.

Leereffect
De les is uiteraard dat voldoende aandacht aan het vinden van ruimte voor onverstoorde moet worden besteed. Uiteindelijk zijn twee locaties met de aannemer gevonden waarvan het aannemelijk is dat deze met rust gelaten kunnen worden. Dat zijn locaties waar zand aanwezig is dat zeer geschikt is voor het morfologisch onderhoud aan maasvlakte 2. Van dat onderhoud wordt verwacht dat dit niet binnen een termijn van 5 jaar zal beginnen. Dat zand en daarmee het experiment blijft daardoor onaangeroerd voor een voldoend lange periode.

Omschrijving
Experimenteren in de fysieke omgeving. Dingen anders doen. Dat roept een associatie met een eindeloos en taai gevecht met beleidskaders, wetten, procedures en vergunningen (die in dit geval zandwinning betreffen). Terughoudendheid om dingen anders te doen wordt vaak ingegeven door de gedachte dat beleid, procedures en regels dit welhaast kansloos zouden maken.

Interventie
Met de vergunningsautoriteit werd al vroeg samengewerkt met het oogmerk het experiment in te passen in een al vergunde put. Daarbij is nadrukkelijk naar de kansen gezocht in plaats van naar de belemmeringen.

Leereffect

1     Zoek vroegtijdig de samenwerking met de bevoegde autoriteiten: Zeer constructief en open overleg bleek  mogelijk met de vergunningsautoriteit, vanzelfsprekend zonder dat een card blanche gegeven kon worden op voorhand. Op grond van de verwachte positieve effecten kon dit ingepast worden in het werkplan voor exploitatie van de zandwinput.

2     Sluit op basis van een eerste verkenning van het beleidskader, regels en procedures aan bij het denkkader van de bevoegde gezagen:  De les is overigens ook dat er aangesloten is bij de richting van ontwikkeling van denken over zandwinning bij het bevoegd gezag. Die was vooraf in kaart gebracht, dat bleek nuttig.

Omschrijving
RWS is een grote organisatie. Binnen en buiten het project zijn er verschillende culturen die invloed hebben op de samenwerking. 
Interventie
Interne en exterene omgeving zijn op bestuurlijk niveau meegenomen in de ontwikkelingen van het project om een optimale samenwerking te realiseren.
Leereffect
Bestuurlijke commitment van de top van RWS (hebben en houden) is essentieel voor het project.

Omschrijving

Wet en regelgeving, vergunningen en procedures vormen een belangrijk aandachtsgebied wanneer realisatie van een fysiek experiment in zicht komt. Dat kan zowel leiden tot het over het hoofd zien van belangrijke details bij de voorbereiding alsook tot inschattingen aan de zijde van de bevoegde gezagen waarop teruggekomen moet worden. Hoe aan timing, coördinatie en afstemming  met bevoegde gezagen vorm te geven is de kern van deze uitdaging. Wachten tot het detailontwerp klaar is kan tot vertraging leiden, met een heel ruw ontwerp kan een bevoegd gezag echter weinig aanvangen.

Interventie

De interventie betrof
vroeg en veelvuldig samenwerken met de bevoegde gezagen om procedures vlot te
kunnen doorlopen en mogelijke haperingen te signaleren.

Leereffect

Neem de voorzieningen voor monitoring van meet af aan mee, en als dit niet mogelijk is, besef dat latere toevoegingen wellicht ook instemming behoeven of zelf onder de vergunningplicht vallen. Bij experiment Workummerwaard wordt onder meer van een glasvezelgrid onder de pilot gebruik gemaakt (zie rode lijn in de figuur ‘Pilot bij de kust Workummerwaard’), een experiment in een experiment. Dat heeft tot vertraging geleid omdat de ontstane ideeën voor monitoring ook vergund moesten worden.

Vroeg samenwerken met de vergunningverlenende autoriteiten helpt vaak voor de afstemming. Blijf wel alert dat inschattingen van autoriteiten geen rechten opleveren, er kan iets over het hoofd gezien worden dat later toch een knelpunt oplevert.

Gevoel voor timing en communicatie, die heb je als procesmanager nodig voor voorbereiding en realisatie experiment. Dat is niet ingewikkeld maar daar heb je wel gevoel en vaardigheid voor nodig en daar moet je in investeren.

Omschrijving
 Binnen de systematiek en spelregels van RWS is er weinig ruimte voor innovatieve aanpak. Dit maakt dat niet alle innovatieve kennis benut wordt binnen het project.
Interventie
Er is een marktconsulatie georganiseerd in samenwerking met het publiek-private netwerk Deltatechnologie om te komen tot een uitvraag, waarbij optimaal geinnoveerd kan worden.
Als extra criteria binnen de EMVI is innovatiekracht als beoordeling meegenomen. De innvoatiekracht werd bepaald door middel van een scoringsmethodiek. Ook is er een pilot ingebouwd waar innovatieve kennis is ontwikkeld om tot de beste aanpak van zandhonger te komen voor het grootschalige werk.
Leereffect
De marktconsulatie werd als zeer postief ervaren door de openheid tussen opdrachtgevers en potentiele opdrachtnemers. Hierdoor werd de kwaliteit van de uitvraag beter. De EMVI-criteria als stimulans voor innovatie was lastig voor de ondernemers.

Omschrijving

koppelen van projecten met een eigen dynamiek, planning en eigenaren.

Veel dijken in het benedenrivierengebied kennen een heel gedifferentieerd beeld van een aaneenschakeling van losse individuele initiatieven, zonder een planmatige ontwikkelstrategie. Hierdoor ontstaat een stapeling van functies op en rond de kering wordt de fysieke ruimte voor toekomstige dijkversterkingsopgaven beperkter zonder daarbij sterk te hoeven ingrijpen op deze functies. De functies houden geen rekening met elkaars toekomstige opgaven en belasten deze onbewust.

Iedere nieuwe ruimtelijke ontwikkeling kent zijn eigen inhoudelijke complexiteit en dynamiek, zijn eigen actoren met belangen en zijn eigen doorlooptijd. Er vindt (ongecontroleerd) een continue stroom van allerlei ontwikkelingen (van kortlopende tot structurele langdurige ingrepen) op en rond de keringen plaats. De behoefte aan een strategie waarbij koppelkansen worden geoptimaliseerd wordt steeds dominanter.

Interventie

flexibiliteit in tijd en ruimte

Voor de ontwikkeling van multifunctioneel gebruik van waterkeringen zullen opgaven gekoppeld moeten worden in tijd en ruimte. Belangrijk onderscheid in aanpak volgt uit de vraag of de waterveiligheidsopgave en/of de ruimtelijke ordeningsopgaven flexibel zijn in tijd en opgeschoven kunnen worden zodat ze met elkaar kunnen samenvallen. Zijn opgaven te synchroniseren waardoor deze tegelijkertijd aangepakt kunnen worden? Als dit zo is, dan kan een opgave direct integraal aangepakt worden.

Als dit niet het geval is, is het zaak om bij het aanpakken van een bepaalde opgave te anticiperen op mogelijke toekomstige opgaven. In dit geval komt een andere vorm van flexibiliteit naar boven: anticiperen. Anticiperen staat voor het treffen van (korte termijn) maatregelen die inspelen op toekomstige opgaven. Ruimtelijke opgaven kunnen anticiperen op toekomstige waterveiligheidsopgave en visa versa.

Leereffect

  •  Voor synchronisatie en anticipatie is samenwerking tussen organisaties essentieel. Deze samenwerking gaat om het verbinden van belangen in het perspectief van de tijd. Dit betekent dat kaders en agenda”s van een organisatie zich moeten aanpassen op kaders en agenda”s van andere organisaties.
  • Een integrale programmatische aanpak tussen publieke partijen behoeft een gezamenlijke beleidskader. Als instrument kan gewerkt worden met een “omgevingsvisie dijken” in een breed perspectief en voor de lange termijn.
  • Voor het vergroten van de koppelkansen moet ook de starheid van het financiële stelsel opengebroken worden. Middelen moeten flexibel ingezet kunnen worden zodat de programmering afgestemd kan worden op het synchronisatieproces van beheerder en omgeving.
  • Flexibiliteit in tijd en ruimte maakt verknoping van lange- en korte termijn opgaven mogelijk.
Aanleg van tijdelijke autarkische nutsvoorzieningen
Een tijdelijke functie heeft ook tijdelijk behoefte aan drinkwater, energie en afvalverwerking. Veelal is het in afgelegen gebieden erg kostbaar om op de openbare nutsvoorziening aan te sluiten. Een tijdelijke, autarkische nutsvoorziening is daar een optie. TAB heeft hiermee ervaring opgedaan aan de hand van de pilot Floating Life. Floating Life is een tijdelijke expositie van een drijvende stad, in de afgelegen Pampushaven van Almere. Hoe maken zij een tijdelijke nutsvoorziening rendabel? Het blijkt lastig om een combinatie van tijdelijk en autarkisch te realiseren. Conceptueel kan het wel, maar er is weinig praktijkervaring.
Interventie
Samen met ondernemers en kennisleveranciers zijn de technische mogelijkheden en business cases uitgewerkt voor realisatie van tijdelijke nutsvoorzieningen
Leereffect
Aanleg van tijdelijke nutsvoorzieningen is technisch en financieel haalbaar. De inzichten en ervaringen zijn uitgewerkt in de brochure.
Complexe bestuurs- en privaatrechtelijke procedures
Er is weinig betrokkenheid en draagvlak bij de gemeente om gebruik > 5 jaar mogelijk te maken vanwege de benodigde complexe bestuurs- en privaatrechtelijke procedures en contracten.
Interventie
Er is samenwerking gezocht met het Netwerk Tijdelijk Anders Bestemmen waarbij juridische experts de zin en onzin van 5 jaar hebben uitgewerkt. Gezamenlijk is een juridische handleiding voor tijdelijk gebruik opgesteld. Op sanering van regels is aangedrongen in Den Haag.
Leereffect
De samenwerking heeft veel dynamiek, publiciteit opgeleverd en gezamenlijke organisatie van de Manifestatie Tijdelijk Anders Bestemmen op 23 juni 2011. Aanpassing van bestaande regelgeving ligt buiten de invloedssfeer van het project.

Omschrijving

De stakeholders in het gebied peripieren tegenstrijdige korte en lange termijn belangen. De schelpdiersector beseft de eigen afhankelijkheid van het goed ecologisch functioneren van het Oosterschelde ecosysteem  de problemen die de zandhonger met zich meebrengen en de noodzaak tot effectieve maatregelen. Maar korte termijn sediment (zand) op de percelen is echter een urgent probleem voor de kwekers. Voor de kweek van oesters en mossels is het nadelig als er zand op de percelen terecht komt of er vertroebeling optreedt tijdens de suppletiewerkzaamheden. Voornemens tot zandsuppleties vallen dan ook veelal niet in goede aarde bij de kwekers.

Interventie

De interventie is overleg om de percepties helder te krijgen en een basis te creëren voor overleg over een oplossing. Het overleg met de schelpdiersector had als doelstelling vertrouwen te creëren door overleg over randvoorwaarden te voeren. Overleg met de kwekers leidde tot het opstellen van randvoorwaarden betreffende het sediment in de waterkolom (een beperkte verhoging van de omgevingswaarde als plafond), planning van werkzaamheden en technische uitvoering. Ook is een plafond aan zwevend stof gehalte vastgelegd waarboven werkzaamheden stilgelegd worden.

Leereffect

Het effect van de interventie was creatie van voldoende draagvlak om het experiment door te laten gaan, hoewel de mosselkwekers wel kritische volgers bleven. De technische uitvoering heeft veel geleerd over onder meer het gebruik van een perskade (zie foto) om omgevingseffecten te minimaliseren.

Alle partijen in de driehoek zijn aan het bezuinigen: de overheid moet meer doen met minder, kennisinstellingen kampen met teruglopende geldstromen en druk om te valoriseren en het bedrijfsleven probeert tijdens de crisis het hoofd boven water te houden door een sterke focus op efficiëntie en effectiviteit. Hierdoor ontstaat er bij elke partij minder ruimte voor innovatie. Echter, er zou nog wel sprake kunnen zijn van synergie. Innovaties ontstaan vaak door gezamenlijk het plafond op te rekken, maar nu is men zodanig behoudend dat dit niet meer gebeurt.  Elkaars ruimte wordt niet benut.